Veel jonge mensen willen vandaag zelfstandig worden om hun passie waar te maken
Ook studenten kunnen nu ondernemen en innoveren! Volgens de FOD Economie begonnen in 2020 8.327 jonge mensen hun eigen onderneming en dat aantal stijgt jaar na jaar. In alle gewesten van het land hebben jonge mensen het ondernemersvirus te pakken.
Dat verschijnsel wordt waarschijnlijk gedeeltelijk verklaard door het nieuwe statuut van student-zelfstandige. Voor 1 januari 2017 moest je, wanneer je als je als student een onderneming begon, meteen sociale bijdragen betalen. Voor de eerste inkomsten waren die bescheiden, maar vanaf 6.600 € per jaar werden ze genormaliseerd (21%). Kortom, zelfs als student werd je gelijkgesteld aan een zelfstandige in hoofdberoep, wat niet ongevaarlijk was voor een jong bedrijfje.
Een sociaal en fiscaal aantrekkelijk stelsel
Het statuut van student-zelfstandige dat in 2017 van kracht werd, heeft een heleboel voordelen. Het is toegankelijk voor elke student van 18 tot 25 jaar die een volwaardige opleiding volgt bij een erkende onderwijsinstelling. Hij/zij moet dus minstens 27 studiepunten scoren per schooljaar of 17 lesuren per week volgen.
Voordelige sociale bijdragen en belastingen (cijfers 2021)
- Sociale bijdragen: Zolang je inkomsten onder 7.021,29 € netto per jaar blijven, ben je vrijgesteld van sociale bijdragen. Onder 14.042,57 € betaal je beperkte bijdragen van 20,5% op de schijf boven 7.021,29 euro. Pas vanaf 14.042,57 € moet je sociale bijdragen als zelfstandige in hoofdberoep betalen.
- Belastingen: We nemen het voorbeeld van een student die in 2021 van start is gegaan. Hij of zij geniet een belastingvrijstelling van 9.050 € op de inkomsten van 2021. Met andere woorden, als je niet meer dan dat bedrag verdient, betaal je geen belasting (inkomsten 2021, aanslagjaar 2022). De tweede schijf, tot 13.540 euro, wordt met 25% belast, de volgende schijf met 40% enzovoort ...
Andere sociale voordelen
Gezondheidszorgen
Omdat een student-zelfstandige meestal geen sociale bijdragen betaalt, bouwt hij of zij geen pensioenrechten of andere sociale rechten op - zoals een uitkering voor arbeidsongeschiktheid. Hij of zij blijft ten laste van de ouders.
Opgelet, als je een bedrijfsleidersbezoldiging ontvangt die als beroepskosten wordt afgetrokken door de vennootschap van de ouders, gelden de volgende bijkomende specifieke regels:
- Bedraagt de bezoldiging maximaal 2.000 euro, dan blijf je persoon ten laste.
- Bedraagt de bezoldiging meer dan 2.000 euro, blijf je alleen persoon ten laste als de bezoldiging maximaal de helft uitmaakt van je totale inkomsten. Onderhoudsuitkeringen tellen hier niet mee.
Kinderbijslag
Tot je 18 jaar (om precies te zijn, tot 1 september van het jaar in kwestie) heb je als student onvoorwaardelijk recht op kinderbijslag. Daarna zul je, als je een beroepsactiviteit uitoefent en je recht op kinderbijslag wilt behouden, je beroepsactiviteit moeten beperken volgens voor elk gewest specifieke regels.