Ga naar de hoofdinhoud

Blog

De isolatie van gebouwen

Top

| 3 min lezen

De isolatie van gebouwen

De goedkoopste energie is de energie die we niet verbruiken. Gebouwen goed isoleren is dan ook essentieel. Niettemin zijn er ook enkele bedenkingen die je je kan of zelfs moet maken vooraleer je start met het isoleren van gebouwen.

Welke risico's zijn er?

Iedereen wil in deze tijden verwarmingskosten beperken. Naargelang de oppervlakte van de gevels kan het isoleren van gebouwen een serieuze uitdaging zijn.

We vroegen advies aan Luc Mehaudens, Ingenieur-Expert bij het controleorganisme SECO.

Eerste aandachtspunt vooraleer u overweegt om bestaande gebouwen te isoleren

"De intentie achter een energierenovatie is vaak goed, maar toch kunnen we, als we geen rekening houden met het 'fysieke van het omhulsel', nog meer ellende creëren. Daarom moet er vooraf altijd een risicoanalyse plaatsvinden: de isolerende laag moet worden geanalyseerd op het vlak van brandrisico. Sinds de zware brand in 2017 aan een gevel van de Londense Grenfelltoren moet er bij een renovatie immers ook worden gedacht aan de gezondheid van de bewoners", legt de expert bij SECO uit.

Welke materialen kiezen, hoe ze te gebruiken, hoe koudebruggen vermijden, isoleren we van binnenuit of van buitenaf ... de risicoanalyse helpt bij het kiezen van de juiste manier van isoleren.

Isolatie van binnenuit of van buitenaf?

Bij isolatie van binnenuit kan condensatie aan de nieuwe isolatie kleven en zo de afwerking en de structuur beschadigen, of zelfs een houten kozijn doen rotten.
Wanneer men slechts delen isoleert, creëert men bovendien koude zones, met het risico dat vocht van binnenuit de isolatie en de prestatie ervan verzwakt. Ook de keuze van het type isolatie is belangrijk in het kader van het brandrisico, om te voorkomen dat er een extra brandlast in het gebouw ontstaat.

Isolatie van buitenaf voegt aan het gebouw een nieuwe laag toe van isolatiemateriaal. U vermijdt koudebruggen en houdt houten en metalen structuurelementen binnen de isolatieschil, dus in de warmte, waardoor het temperatuurverschil wordt beperkt en het comfort wordt verhoogd. Voor buitengebruik wordt vaak polyurethaan gebruikt (energiezuinig in dunne lagen). Het is echter brandbaar en geeft giftige dampen vrij.

Water- en luchtdichtheid

Luchtdichte gebouwen dragen bij tot een beter energiebeheer. Zoek alle tochtgaten in de onvolmaaktheden van het gebouw, via deuren, ramen en muren. "Warme lucht gaat naar buiten: we verliezen aan energie. Er komt koude lucht naar binnen die moet worden opgewarmd", voegt Luc Mehaudens er nog aan toe.

Gezonde lucht?

Zorg daarnaast ook voor een goede luchtkwaliteit. Er bestaan normen die het minimumdebiet voor luchtverversing per aanwezige persoon aangeven. Als uw energierenovatie de luchtlekken beperkt, creëert men een luchtdichte schil. Zonder mechanische ventilatie kan de luchtkwaliteit binnen eronder lijden als niemand eraan denkt om bijvoorbeeld de ramen te openen.

Herbekijk het ventilatiesysteem, naargelang de bezetting van de gebouwen. De hoeveelheid CO2 die bijvoorbeeld in klaslokalen vrijkomt, kan leiden tot gezondheids- en concentratieproblemen bij leerlingen of bij uw medewerkers en collega’s.

Heeft u een grondige energierenovatie in de pipeline, informeer ook uw verzekeraar. Mogelijks kan de keuze van het type isolatie ook bijdragen om het brandrisico van uw patrimonium te verminderen.

DEEL DIT ARTIKEL